Kanker, in medisch Latijn: neoplasma malignum: 'kwaadaardig, nieuwgevormd weefsel', is een ziekte die zich als volgt uit:
er zijn cellen die zich onbeheerst vermenigvuldigen, en dit blijven doen;
de woekerende cellen breiden zich uit in omliggend weefsel en richten hier schade aan: de invasieve groei of infiltratie door een tumor;
de woekerende cellen verspreiden zich ook naar plaatsen elders in het lichaam, door metastasering of uitzaaiing; uitzaaiingen die zich verspreiden via de lymfevaten zijn de lymfogene, die via het bloed de hematogene metastasen; bij bijvoorbeeld darmkanker kunnen kankercellen, vanuit de tumor in de dikke darmwand, in de - in de darmwand aanwezige - haarvaten terechtkomen. Van daaruit belanden ze, via de leverpoortader, in de lever, waar ze kunnen uitgroeien tot een nieuwe tumor; daarnaast kunnen darmkankercellen door de darmwand heen in de buikholte terechtkomen, en daar leiden tot buikvlieskanker.